Jacques Rutten;     Nr 220.  30-12-1740   RAL, Schepenbank Helden, inv nr 27 dl II, blz 87

tekst in blauw geeft links aan naar onderliggende bladzijden


 
Huwelijksvoorwaarden voor Jan Hendrickx X Anna Wilms
 
In den naeme der heyliger dryvuldigheydt amen.
Zij een ieder openbaer dat in den jaere 1740, den 30 dagh des maents december voor mij ondergess secretaris is gecompareert, Jan Hendrickx als toekomende bruydegom, geassisteert bij Jan Geven als vriendt ende getuygen, ende Anna Wilms als toekomende bruydt, geassisteert bij Peter van Heughten
als haeren vrient en getuygen. En hebben elck van hun beyde begeert te concipiëren ende onderlinge te sluyten in den naem des heeren ende ter eeren Godts, een toekomende houwelijck tusschen de voorss bruydegom en bruyt, ende dat naer het gebodt des heeren te solemniseeren.
Ende om te verhoeden alle questiën ende geschillen die hier naermaels tusschen de kinderen van den eersten aflijvigen ofte langhstlevende soude mogen voorvallen, hebben uyt goeder ende voorsieniger deliberatiën, ende uyt haer lieder vrijen wille gemaeckt, geordineert ende geslooten, maecken, ordineeren ende sluyten dese contract ofte houwelijckx voorwaerde in der voegen ende manieren als volght:
In den eersten is versproocken dat de twee voorkinderen die hij bruydegom in ehestandt sijnde met Thuniske Janssen verworven heeft, ieder sullen hebben een bedde met sijn toebehoor. Item ieder een kyste ende haer moeders klederen, ende ieder thien ellen hembtdoeck. Item de swarte kleederen die den bruydegom heeft van sijne leste vrouwe Joanna Engels, ofte in plaets van de lestgenoemde swarte kleederen ad ses pattacons, ende ieder der selve kinderen eene pattacon tot een bruytstuck, en aen de dochter een koeye, ende aen den soon het timmermergereetschap met den swarten mantel, ende ieder een paer tinne schotelen, ende sulx uyt hunne gereede mobiliën.
Ende soo haest de voorss kinderen tot staet komen sullen als dan hebben het voorgespecificeerde bedde ende kyste, ende de reste sal den bruydegom mester van blijven soo lange hij leeft, en sullen de voorss kinderen niet eerder mogen genieten dan naer sijnen doodt, ten zij haer toekomende eheluyden sulx sal believen.
Ende dat de toekomende bruyt bij aldien haeren toekomenden bruydegom eerst aflijvigh quame te worden, sal gehouden sijn het voorgespecificeerde,(bij aldien sulx niet gegeven en is) aen de voorkinderen uyt te reycken, voorbehouden nochtans, dat de bruyt eerst uyt de gereeden sal mogen uytnemen, het geene sij in desen houwelijck gebracht heeft, naementlijck haer ingebrachte kyste, en twintigh ellen hembtdoeck, ende haer kleederen, hembden, en tgeene tot haeren lijve heeft bestaen. Ende sullen in sulcken val de voorkinderen met de toekomende bruyt, als 't voorgespecificeerde uytgegeven is, de rest van de gereeden te samen deelen.
Ende bij aldien de bruyt eerst aflijvigh quame te worden, sal den toekomende bruydegom wederom mester blijven van alle de gereede mobiliën.
Ende bij aldien de toekomende bruydegom ofte bruyt bij ongeluck van brandt ofte andersints hunnen gereeden quamen te verliesen, sal alsdan consideratie daer bij genomen worden.
Welcke puncten ende artyckelen hebben de voorss bruydegom en bruyt te samen en elck van hun besonder toegestaen 'tgeene voorss is, vast ende onverbrekelijck te houden ende te volbrengen.
Aldus gedaen en gecontracteert ten overstaen van de ondergeschr, tot Helden, den 30 december 1740. Onderstont:  Jan Hendrickx als bruydegom;  dit ist hantmerckt + van Anna Wilms als bruyt, schrijvensonervaeren;  Jan Geven als getuygen;  dit ist merckt # van Peter van Heugten als getuygen,
schrijvensonervaren.
En was onderteeckent:  P. Jurgens  secris.
                                               T'accordeert bij mij,  Peter Jurgens Secris.
 
N.B. In de marge van dit contract staat: "dese hylix voorwaerde hebben Jan Hendrix ende Anna Wilms ten overstaen van de selve vrienden en getuygen hier in vermelt te niet gedaen en een kinderen gemaeckt den 16 july 1746.  P. Jurgens Secris."
 
 
 

N.B. zie ook huwelijksvoorwaarden van Jan Hendrickx dd 23 mei 1739